Dom van Aken
Het eerste Unesco-werelderfgoed in Duitsland
Als eerste Duitse cultureel erfgoed werd de dom in 1978 uitgeroepen tot Unesco-werelderfgoed. Zijn geschiedenis begint bij keizer Karel de Grote.
Als eerste Duitse cultureel erfgoed werd de Dom van Aken in 1978 op de werelderfgoedlijst van de Unesco geplaatst. Wat de bouwkundige- en kunstgeschiedenis betreft, is de dom van groot belang en geldt hij als één van de best behouden gebleven bouwkundige monumenten uit de Karolingische tijd.
De grondsteen van de dom werd rond 790 n. Chr. gelegd door Karel de Grote met zijn paltskapel. De torens zijn nog afkomstig uit deze periode. Na de dood van Karel de Grote in 814 werd de Dom van Aken ook het graf van de keizer. Later werden zijn beenderen in de Karelschrijn overgebracht. Deze kan men tegenwoordig ook nog bewonderen in de dom. Zijn doodskist maakt deel uit van de schat van de dom. Dat is niet de minste reden waarom deze tot de meest belangrijke kerkelijke schatten in Europa telt.
Otto I maakte van de Dom van Aken in 936 een kroningskerk: Gedurende een periode van meer dan 600 jaar werden hier meer dan 30 Duitse heersers gekroond. De kroningsstoel kan in de dom worden bezichtigd, echter alleen in het kader van rondleidingen. De gotische koorhal, die eveneens in het kader van rondleidingen kan worden bezichtigd, heeft de grootste gotische ramen: Zij hebben een hoogte van ongeveer 27 meter.
Keizerlijke geschenken
Ook indrukwekkend is de gigantische kroonluchter in het Oktogon, dat een geschenk is van keizer Barbarossa. Maar ook het indrukwekkende portaal van de dom, het eerste gegoten brons ten noorden van de Alpen. Zijn leeuwenkoppen vertellen een spannende sage: Daarin zou de duim van de duivel steken.
Om de zeven jaar heeft de Dom van Aken een bijzonder highlight voor bedevaartgangers in petto: Dan wordt de gouden Mariaschrijn geopend en worden de hierin bewaarde vier Heiligdommen aan de gelovigen getoond. Daartoe behoren een tuniek van Maria, de windselen en lendendoek van Jesus Christus en het onthoofdingsdoek van Johannes de Doper. De schrijn zelf kan men in het kader van rondleidingen bewonderen.