Ko­lum­ba Mu­se­um in Keu­len

Kerk, mu­se­um, ar­chi­tec­to­nisch hoog­stand­je: Het Ko­lum­ba Kunst­mu­se­um van het aarts­bis­dom Keu­len is geen ge­woon ge­bouw, maar een wel­door­dacht ge­bouw met een ge­schie­de­nis.

Het Kolumba Kunstmuseum van het aartsbisdom Keulen verkrijgt zijn buitengewone naam door een laatgotische kerk. De kerk St. Kolumba, waartoe in de Middeleeuwen de grootste parochie van Keulen behoorde, werd gedurende WOII vernietigd; op diens plek staat nu het Kolumba Museum. De nieuwbouw van het museum, dat werd ontworpen door de Zwitserse architect en Pritzker-prijswinnaar Peter Zumthor is een architectonisch hoogstandje en mocht tal van architectuurprijzen in de wacht slepen, waaronder de DAM Preis für Architektur in Deutschland 2008 en de Architekturpries NRW 2011.

Het in 2007 geopende museumgebouw werd op de plattegrond van de vernietigde kerk en met ingebruikname van de overgebleven muurresten van de St. Kolumba gebouwd. Het gebouw combineert oud en nieuw, door de kapel “Madonna in den Trümmern” van Gottfried Böhm uit 1950 en de ruïnes van de Kolumba-kerk in het nieuwe gebouw te integreren. Op de begane grond kunnen de bezoekers bovendien de archeologische opgravingen uit de jaren 70 van de vorige eeuw bekijken, door via de vlonders over de plek van de opgravingen te wandelen. Daar zijn de resten van een Romeinse nederzettingen evenals fragmenten van kerkgebouwen uit Karolingische, Romaanse en Gotische tijd te zien. De nieuwe grote opgravingsruimte heeft zelf een sacrale uitstraling met zijn slanke stutten en een fijn lichtspel, dat door de talrijke kleine openingen in de muren in het bovenste gedeelte van de muur ontstaat.

Een architectuur zonder veel poespas bepaalt zowel de buiten- alsook de binnenkant van het nieuwe Kolumba-museum. De hoofdzakelijk gesloten gevel is gemaakt van een warm grijze baksteen, die met zijn kleine structuur de grote wandvlakken levendigheid verleent. Binnenin zorgen enkele op elkaar afgestemde materialen en gereduceerde details in de heldere ruimtes voor een gedistingeerde en rustige atmosfeer, waar de tentoongestelde kunstwerken hun plek hebben.

Telkens medio september van elk jaar wordt een nieuwe jaarlijkse tentoonstelling getoond met stukken uit de eigen kunstcollectie. De collectie van het in 1853 opgerichte diocesenmuseum in Keulen beslaat een tijdperk van het vroege Christendom tot en met het heden met als centrale punt de katholieke kunst.