Unesco-werelderfgoed Corvey Höxter
Het eerste Unesco-werelderfgoed in Westfalen
Sinds 2014 heeft ook Westfalen zijn eerste Unesco-werelderfgoed: De voormalige benedictijnenabdij Corvey met de gelijknamige vergane kloosterstad mag deze titel met trots dragen.
De voormalige benedictijnenabdij Corvey is uniek: Het zogenaamde Westwerk is niet alleen één van de weinigen, nagenoeg volledig behouden gebleven bouwwerken uit de Karolingische tijd, maar ook het enige behouden gebleven Karolingische Westwerk überhaupt. Daarom verleende Unesco in 2014 het voormalige klooster en de gelijknamige vergane kloosterstad daarom de begeerde werelderfgoed-titel en schonk Westfalen daarmee zijn eerste werelderfgoed überhaupt.
Indrukwekkende Westwerken zoals in Corvey vervulden een bijzondere opgave. Meestal werden ze aan kerken van rijkskloosters gebouwd, waarin de reizende koningen of keizers resideerden. Slechts de heerser en zijn gevolg mochten er gebruik van maken. Vanaf een galerij, die richting de kerkruimte opende, kon de koning of keizer vanaf zijn verhoogde positie deelnemen aan de Godsdienst.
Niet alleen de leeftijd van het Westwerk van Corvey maakt het uniek, maar ook zijn prachtige muurschilderingen, die in fragmenten nog behouden is gebleven. Hier ziet men scènes uit de odyssee en bewijst zodoende, dat ook sacrale gebouwen in deze tijd gebruik hebben gemaakt van beelden uit de antieke.
Corvey als belangrijkste missiecentrum
Maar niet alleen op het gebied van de bouw en de kunstgeschiedenis, maar ook kerkhistorisch gezien heeft Corvey een bijzondere betekenis: De bouw ervan werd door keizer Karel de Grote in opdracht gegeven. Hij had de heidense Saksen in de regio verslagen en wilde hen de overmacht van het Christendom ook door de bouw van het nieuwe klooster bewijzen. Binnen korte tijd avanceerde de abdij tot geestelijk, economisch, politiek en cultureel centrum. Monniken brachten van hieruit het christelijke geloof tot naar Noord-Europa.
Begin van de 19de eeuw werd het klooster opgeheven en korte tijd later overgedragen aan de hertogen van Ratibor en vorsten van Corvey. De familie is tegenwoordig, samen met het kerkgenootschap, verantwoordelijk voor Corvey.
Één van de meest beroemde bewoners van Corvey was August Heinrich Hoffmann von Fallersleben. De schrijver van het Duitse volkslied was het werkzaam als bibliothecaris van de hertog en werd na zijn dood begraven op de naburige begraafplaats. Zijn graf kan men nog altijd bezoeken. Paleis Corvey zelf biedt tegenwoordig onder andere plaats aan een museum, restaurant en actief-hotel.